Moedertje Rusland, die ook geen oorog wil
Mijn hart huilt, elke avond kijk ik ontzet televisie naar de beelden over de oorlog in Oekraïne. Er moet een staakt het vuren komen.[i] Ik wil wat vertellen over vroeger, bijna 60 jaar geleden. En over nu. Macht en geld rolt over mensen heen, in Groningen, bij toeslagen en nog vele malen extremer in Oekraine. Stop de oorlog. Luister naar de mensen.
In oktober 1965 nam ik ontslag bij de Volkskrant. Ik was 26 en wilde meer dan jaarvergaderingen en de effectenbeurs verslaan. Dat moment had een beslissende invloed op de rest van mijn loopbaan. Ik stond er vanaf dat moment alleen voor. Voor de rest van mijn professionele leven. Dat is 58 jaar geleden.
De echte reden lag dieper. De Volkskrant was in die tijd nog een zeer katholieke krant. Ik was toen nog protestant en kon er nooit carrière maken. Ik vertrok en bereidde een freelance journalistieke reis door geheel Oost-Europa en de Sovjet-Unie voor. Ik werd ambitieus, verzamelde opdrachten bij een aantal media en na heel wat voorbereiding vertrokken mijn vrouw en ik naar Moskou.
Mijn reis door Oost-Europa en de Sovjet-Unie
Ik wilde met eigen ogen zien wat een Koude Oorlog is en hoe mensen daar leefden, woonden, werkten en wat zij dachten en vonden. Ik ging naar Rusland, naar de Sovjet-Unie en werd lid van de Nederlandse Vereniging van Journalisten, NVJ, in Amsterdam.
We reisden via Berlijn en Warschau naar Moskou en deden onderweg Minsk en Smolensk aan. Daarna ging de tocht een paar duizend kilometer zuidwaarts, via Podolks, Toela, Orjol en Koersk eerst naar Charkov waar ik een grote Sovjet autofabriek bezocht.
Vervolgens reisden we via Dnjepropetrovsk (Dnipro) en grote stad Zaporizja waar in de jaren tachtig een enorme kerncentrale is gebouwd en in 2022 de Russen enorme schade aanrichtten. We waren ondereg naar Jalta, om daar zoals de tsaren en de partijbonzen een weekje vakantie te vieren en dan vanaf Sebastopol op de Krim per boot over de Zwarte zee naar Constanta in Roemenië te varen.
Omdat de boot in Odessa 18 uur moest laden en lossen heb ik de dromerige, maar zeer vervallen en verpauperde boulevards van die unieke havenstad ook nog kunnen zien en voelen. Dat heeft mij dertig jaar later urenlange boeiende gesprekken met een joodse secretaresse bij KPMG opgeleverd omdat haar ouders uit Odessa kwamen. Nooit gaan die indrukken en ervaringen weg. Eind oktober, begin november kwamen we weer terug in ons mooie huis in roerig Amsterdam.
De hele reis door de Sovjet-Unie stond onder toezicht van het KGB agentschap Intourist, terwijl ook de Nederlandse ambassade precies op de hoogte was waar wij elke dag verbleven. De Nederlandse veiligheidsdienst die tegenwoordig AIVD heet heeft verschillende keren geprobeerd mij in te schakelen voor inlichtingen en de KGB hield mij ook goed in de gaten.
Op eigen houtje en zonder enige bescherming naar de Sovjet-Unie reizen was in die tijd onverantwoord. Daar waren ook mijn opdrachtgevers zoals hoofdredacteur Mathieu de Smedt van Vrij Nederland, Henk Hofland van NRC Handelsblad en redacteuren van vakbladen zoals het Bovagblad en het weekblad De Spiegel van overtuigd ook al betaalden zij voor beloofde artikelen veel te weinig geld en sloten zij geen verzekering af voor de risico’s die ik liep.
Ik was freelancejournalist en moest het zelf maar allemaal uitzoeken. Ook de VARA, die mij wel stevige en moderne opnameapparatuur meegaf die ik in de praktijk nauwelijks gebruikt heb, zorgde niet voor enige rugdekking, maar wilde wel audio interviews, een vak waarin ik geen enkele ervaring had.
Veel bekijks onderweg naar Moskou
De vrouw op de voorgrond is van de KGB. Zij reisde met ons mee.
De Sovjet-Unie lag achter het IJzeren Gordijn. Het was de tijd van de Koude Oorlog. Er was weinig of niets bekend van de manier waarop de mensen daar in de dagelijkse praktijk woonden, werkten en leefden. Als kranten erover schreven ging het over politiek en mogelijke economische betrekkingen.
Omdat ik geen toegang had tot welke misstand dan ook – ik mocht niet van vooraf bepaalde routes langs de hoofdwegen afwijken op straffe van opgepakt te worden – kreeg ik een overwegend vriendelijk beeld van de Russen die ook niet voornemens waren tegenover mij hun echte sores uit te spreken want ook dat was veel te gevaarlijk voor die mensen zelf. Aleksander Solzjenitsyn publiceerde pas in 1974 zijn driedelige boek de Goelagarchipel dat diepgaand de vreselijke terreur in de Sovjet-Unie beschreef.
De als communist opgegroeide essayist en schrijver Karel van het Reve kampeerde die zomer van 1966 ook op de camping in Moskou waar buitenlanders heen gedirigeerd werden. Hij werd een jaar later correspondent van Het Parool in Moskou en smokkelde een beroemd manifest van de Russische kerngeleerde Andrej Sacharov over vreedzaam naast elkaar leven en vrijheid het land uit. Ook had hij betrekkingen met de oppositieleider Andrej Amalrik.
Tegen die indrukwekkende journalistieke achtergrond was ik een verhalenverteller van het gewone leven en de economische betrekkingen. Dat was voor mij al indrukwekkend genoeg. Maar ook Van het Reve moest zeer voorzichtig opereren en alleen al om die reden hebben wij op die camping weinig contact gehad. We vertelden elkaar niet wat wij deden en in zijn ogen moet ik een vreemde avonturier geweest zijn.
Garenspinsters bij het dorp Podol onder Moskou
Deze vrouwen willen ook geen oorlog, echt niet
Toch gebeurde het geregeld dat Russen of Polen die ik onderweg tegenkwam hun persoonlijke drama’s vertelden wanneer we onderweg op een camping beland waren en onderling onder het genot van een glas wijn, slivovitsj of wodka met elkaar contact probeerden te maken. Deze verhalen die vaak over moorden en verbanningen gingen, of over de terreur van communistenleider, waren zo fragmentarisch en anoniem dat ik er met mijn adagium van drievoudige controle van de feiten in de praktijk niets mee kon. Geen krant wilde ze hebben. Je moest je verhaal kunnen bewijzen. Dat is tegenwoordig wel anders.
Er heerste in Nederland een diep wantrouwen tegen elke informatie die uit de Sovjet-Unie kwam. In Nederland wilde niemand zijn oordeel en vooroordeel ten opzichte van Rusland en de Russen ter discussie stellen. De grote kranten waren horend doof en ziende blind – unintential blindness – en ik was te veel met mijn reis en overleven bezig om mij vast te bijten in onderwerpen over dwang en onderdrukking die mijn zegslieden zelf in gevaar zouden kunnen brengen want mijn reisleidster van Intourist was dag en nacht ter controle bij mij in de buurt. Zelfs zwart wisselen van dollars op de markt vond ik doodeng en link, hoewel je tienmaal zoveel roebels voor een dollar kon krijgen dan bij het officiële wisselkantoor.
In de Sovjet-Unie heerste Brezjnev als partijleider en Kosygin werd herkozen als premier. Het kostte moeite genoeg hun namen goed te spellen en uit te spreken en iets te begrijpen van de verschillende machtsposities die zij innamen. Ik moest daar iets vanaf weten om enigszins mee te kunnen in het diplomatieke establishment en las met te pletter.
Op het wereldtoneel speelde de Vietnamoorlog, in de Sovjet-Unie gooide de partij de schrijvers Daniel en Sinjavski in vijf en zeven jaar dwangarbeid, de indoctrinatie van de jongerenorganisatie Komsomol nam sterk toe. Uit de westerse landen, maar ook uit Polen, het toenmalige Tsjecho-Slowakije en uit Hongarije waaide een steeds sterker protesterende wind onder de jongeren die toen nozems genoemd werden. Veel meer dan slecht imiteren van The Beatles deden zij niet, maar de partij wilde de wind er straf onder houden.
Ook de planeconomie was nauwelijks te doorgronden. Prof.J.G. Liberman had al in 1962 in de Pravda voorgesteld begrippen als winst en rendement in te voeren en hij had steeds meer medestanders gekregen. Feitelijk gebeurde het niet. De door Chroestsjov ingevoerde decentralisatie van de economie werd teruggedraaid. Kosygin versterkte de planeconomie.
Ondernemingen mochten niet rechtstreeks met elkaar handelen en bijvoorbeeld textielfabrieken mochten niet rechtsreeks aan grote staatswarenhuizen verkopen. Dat betekende dat bijvoorbeeld staatsschoenfabrieken in opdracht van het schoenen bureau van de staat bepaalde hoeveelheden bepaalde schoenen moesten produceren en daar een bepaalde staatsprijs voor ontvingen. Dat bureau verzorgde de distributie naar de winkels. Tussen de vraag van de consument en het aanbod van de staat bestond geen enkel verband. Ik moest alle zeilen bijzetten om te begrijpen hoe de communistische economie werkte, maar zag de halflege schoenwinkels met schoeisel dat niemand nog wilde dragen natuurlijk wel.
Er bestond voor niets een markteconomie, behalve op de kleine illegale zwarte markten. Het systeem is nog het best te vergelijken met defensie, gezondheidszorg en onderwijs in Nederland waar ook geen marktwerking van betekenis heerst en ieder gevoel voor urgentie ontbreekt.
Aardgas uit Rusland
Op 7 september 1966 publiceerde Elseviers Weekblad een informatief artikel van “onze speciale verslaggever” (mijn naam kon er niet af) over de Russische aardgasreserves en plannen om 65.000 kilometer pijplijn aan te leggen over het hele onmetelijke continent. Er waren toen 232 miljoen Russen, van wie er volgens de Sovjet viceminister Boxermann van de Russische gasindustrie 50 miljoen aangesloten waren op aardgas, dat juist in die tijd ook in Nederland werd aangelegd. “Jullie leggen het eerst voor de consumenten aan en buiten die dan uit om vervolgens de industrie van goedkoop aardgas te voorzien”, zeiden kritische Russen mij.
Een roebel kostte toen 4 gulden, zeg maar 1,80 euiro hoewel die in werkelijkheid vrijwel gelijk stond aan de gulden of een 47 eurocent. Per maand betaalden Russische gezinnen circa een euro per maand voor een aardgasaansluiting. Boxermann raamde de Russische gasvoorraden op 60.000 miljard kubieke meter bij een bewezen reserve van 4000 miljard kubieke meter. Per eind 2020 had Gazprom volgens Wikipedia een aandeel van 70% van de totale Russische gasreserves; ofwel 33.575 miljard m³. Deze reserves zijn berekend op basis van de Russische methode.
Ik had toen geen idee van de economische betekenis van het artikel dat ik schreef en van een kaart met de gasleidingen voorzag. Achteraf begrijp ik dat de Gasunie en andere belanghebbende partijen het als een belangrijke informatiebron beschouwden. Toch deden ABN AMRO en de Nederlandse Gasunie pas aan het eind van de jaren negentig van de vorige eeuw voor het eerst zaken met Gazprom, dat geplaagd wordt door een zwaar verouderd leidingen netwerk en voortdurende conflicten met de buurlanden Wit-Rusland en Oekraïne. Nu, in 2023 schijnt er weer een compleet ander licht over aardgas uit het oorlogszuchtige Rusland van deze tijd. We willen het niet meer.
Begin september genoten we nog een week vakantie op het zeer brede, al goeddeels verlaten strand van Constanza. Het werk zat erop, thuis begon aan ons te trekken en de reis was nog lang. Op een avond werd op de deur van onze caravan geklopt. Een magere vrouw, wat stond zij daar schichtig blootsvoets in het zand, vroeg aandacht. Zij nam na een half uur kennis maken het voor haar enorme risico te vertellen dat zij, haar man en zoontje joods waren, onderdrukt werden en wilden vluchten. Ook had zij dringend medicijnen nodig die in Boekarest niet verkrijgbaar waren. Mijn vader stuurde de medicijnen. Drie jaar later ontmoetten we de mensen weer in Amsterdam en later in Zurich waar ze zich na een geslaagde vlucht via Italië hadden gevestigd als impresario. Ik hield nog jarenlang contact met deze lieve mensen.
Er is niets heerlijker dan eind september, begin oktober langs de smalle, soms bergachtige binnenwegen van Roemenië, Hongarije, Tschecho-Slowakije, Oostenrijk en het zuiden van Duitsland te trekken. De middagzon is mild, de landerijen staan nog vol granen voor voedingsmiddelen zoals mais en hop.. Met gewassen die nog gemaaid en geoogst worden. Tal van paddenstoelen pronken in de schaduw van lommerrijke bomen. De herfst geurt en kleurt de natuur goud. Hier en daar bakken boeren suikermaïs in houtvuren die bedwelmend geuren. We willen naar huis, maar ook blijven waardoor we dagafstanden maken van niet meer dan 100 kilometer waar 450 de doelstelling was.
Ik leerde ook dat het niet de gewone mensen in de steden en de dorpen zijn die west en oost zo tegen elkaar opzetten. De gewone mensen die in de haarvaten van samenlevingen met elkaar omgaan, zij willen veelal alleen maar vreedzaam samenleven. Het zijn de ideologieën, de systemen en de baantjes- en banen-jagers daarin die mensen en partijen tegen elkaar opzetten. De machthebbers en de geldjagers. Deze reis maakte mij eerst Europeaan en dan pas Nederlander.
Mijn hart huilt over het Europa waar ik zo van hou. Het is beter om het vuren te staken.
Bachmoet 2023
Fotoo:Eindhovens Dagblad
[i] Dit is een voorpublicatie uit mijn autobiografie onder constructie: hoofdstuk 7 De Sovjet-Unie.
Wilt u reageren? Log dan eerst in of maak een account aan.
Login vergeten? Reset wachtwoord.